Blog

Werkvakantie

Afgelopen vijf dagen ben ik in Engeland geweest. Een soort van werkvakantie. Ik heb met vriend, gitarist, componist en producer Richard Durrant gewerkt aan een aantal nummers voor de CD die ik bij mijn boek ga voegen. Dit tripje kon mooi even tussen de kuren door. Ik was gestopt met de kuur met everolimus en ik ga starten met een kuur met sunitinib. Om met de laatste kuur te kunnen starten moest ik eerst alle bijwerkingen kwijt raken. Gelukkig heb ik geen last meer van ontstekingen of andere neveneffecten. Eigenlijk had ik voor mijn bezoek aan Engeland al kunnen starten maar wilde niet het risico lopen dat ik daar allerlei vervelende kwalen kreeg. Dat is niet fijn voor gastheer en gastvrouw en ik doe mezelf ook geen plezier.

Ondanks de kanker voel ik me op dit moment relatief goed. Eigenlijk is dat tot nu toe zo geweest als ik geen behandeling kreeg. Dat is wel een heel dubbel gevoel. Weten dat je ziek bent maar dat je je beter voelt zonder medicatie. Want tot nu toe had ik met de behandelingen geen geluk, de bijwerkingen waren behoorlijk heftig zoals je in mijn vorige blogs kon lezen. Hopelijk gaat het met de nieuwe medicatie beter. Het is mijn plan om maandag te starten met de nieuwe kuur. Ik weet niet zeker of Margot mijn oncoloog het daarmee eens is. Maar aan de andere kant zal ik van die paar dagen niet doodgaan is mijn idee.

Het opnemen van de nummers in de studio in Shoreham Beach was hartstikke leuk en leerzaam. Als ik een bucketlist zou hebben zou dit project er zeker op staan. Maar zo’n lijst heb ik nu eenmaal niet. Het is heel gaaf om aan je eigen CD te werken en om het hele opnameproces mee te maken.  Stiekem is dat toch wel een hele kluif. Alle nummers moeten apart op meerdere, zogenaamde tracks, ingespeeld en gezongen worden. Bij een nummer als Older Chests van Damien Rice is dat eenvoudiger omdat het alleen zang en gitaar betreft. Maar bij een nummer van Wilco waar zang, gitaar, contrabas, accordion, djembé en viool op gebruikt worden is dat meer werk zoals je begrijpt. Er komen drie nummers op de CD die ik zelf gezongen heb en deze worden aangevuld met een aantal hele mooie nummers van Richard, waaronder het prachtige Wilbury Summer en The Girl at the Airport.
Ik mocht in de studio mijn zang via een topmicrofoon opnemen; merk Neumann. Nou zegt dat niet zo heel veel voor een leek maar de microfoon komt uit de studio van Toni Visconti en die produceerde de albums van David Bowie, waaronder zijn laatste album Blackstar. Ik maak mezelf nu wijs dat Bowie wel eens door dezelfde microfoon gezongen kan hebben. En laat me alsjeblieft in die waan.
Het boek met CD wil ik op zondag 22 mei presenteren in Bemmel. Behalve de boekpresentatie hoort daar ook een mini-concert van Richard Durrant bij. En wie weet zing ik zelf nog wel wat.

Behalve het opnemen was het ook goed om even eruit te zijn en even uit de dagelijkse sleur te geraken. Het was weliswaar vermoeiend de afgelopen dagen maar wel een goede manier om mijn gedachten af te leiden van het ziek zijn en de consequenties daarvan. Een prettig bijkomend voordeel.
Monique had het bij het goede eind toen ze me uitzwaaide. “Het zal je goed doen om er een paar dagen uit te zijn.” En ze had meer dan gelijk. Het mooie van weggaan is dat je ook weer thuis kunt komen. Want heel eerlijk miste ik Monique, Maartje en Floor wel. Maartje zie ik morgen pas, dan komt ze thuis vanuit Utrecht, met de vuile was. Maar daar zijn ouders uiteraard voor.

Ondertussen ga ik de komende dagen gebruiken om alle details uit te werken die met de op handen zijnde publicatie te maken hebben. Dat varieert van afspraken maken over fotografie tot het invullen van formulieren van Buma-Stemra om alle rechthebbenden te vermelden. Niet geheel onbelangrijk. En natuurlijk moet er ook gewerkt worden aan de grafische vormgeving. Ik hoef me dus niet te vervelen. Los daarvan hoop ik ook weer wat te kunnen gaan trainen op de fiets of op de spinningbike. Want fit blijven is wel belangrijk voor me. 

Share this post